In 'Een Kaffersche heldin of Oehoehoe en Oezinto' wordt het verhaal vertelt over de twee tieners Oehoehoe en Oezinto. Zij wonen in Natal (nu Zuid-Afrika) en maken deel uit van de Zoeloe-stam. Mafoeta, de vader van Oezinto, was ooit een machtig opperhoofd. Maar door de oorlog verloor hij al zijn vee, en zo ook zijn macht. Mafoeta wil voor veel koeien zijn laatste twee dochters, waaronder Oezinto, verkopen. Het opperhoofd van het dorp wil wel trouwen met zijn dochters, maar biedt lang niet zoveel als gehoopt. Daarnaast wil Oezinto helemaal niet trouwen met het opperhoofd, maar met haar geliefde jeugdvriend Oehoehoe. Oehoehoe is echter op de vlucht geslagen omdat hij de koning per ongeluk boos gemaakt heeft. Het opperhoofd duldt geen nee en dwingt Mafoeta zijn dochters aan hem te verkopen. Oezinto is radeloos en besluit op een avond te ontsnappen aan haar lot.-